Vertrouwen in de politiek
Er wordt gevierd dat het Kabinet Rutte II het langst zittende kabinet is, maar is het niet een enorm zwaktebod? Oorzaak is namelijk dat er geen nieuw kabinet komt! Dàt wordt terecht niet gevierd. Het wordt nauwelijks benoemd en spoort de onderhandelaars van VVD, CDA, D66 en CU niet aan nu eindelijk eens te zorgen dat ons land na een half jaar weer bestuurbaar wordt. Vertrouwen in de politiek wie heeft dat niet?
Lerarensalarissen
Het gedoe over de lerarensalarissen is een prachtige illustratie van hoe onderontwikkeld het poldermodel in deze nieuwe kabinetsonderhandelingen functioneert. Niemand vertrouwt iemand en de recente historie laat zien hoe terecht dat is. Jaren lang heeft het onderwijs onderaan gebungeld als het om de inkomenvooruitgang ging. Deels zijn ook beschikbare gelden door de scholen voor andere doeleinden gebruikt dan de onderwijssalarissen. Overigens zijn salarissen het domein van de CAO-partijen, de werkgevers en de werknemersorganisaties, en niet het kabinet. De regering kan wel voorwaarden scheppen om de salarissen te verhogen maar bepaalt die beloning niet.
Nu wilde de PvdA bij monde van de heer Lodewijk Asscher, partijleider en demissionair minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, dat de lerarensalarissen in de begroting 2018 substantieel omhoog zouden gaan. Dit nadat de leerkrachten in het basisonderwijs een uur hebben gestaakt (één uur, het land sidderde, de samenleving werd volkomen ontwricht!?). Het huidige kabinet Rutte, met deze minister Asscher en onderwijsminister Jet Bussemaker eveneens van PvdA-huize, hebben nauwelijks iets aan de basisonderwijssalarissen gedaan (daarover al eerder geschreven, en hier verder niet terzake).
Diezelfde PvdA trekt dan een grote broek aan met de eis van de heer Asscher dat, als hij zijn zin niet krijgt, de PvdA-ministers uit het demissionaire kabinet zullen stappen. Een unicum, dat wel, een kabinet dat niet meer echt mag regeren, dus ook geen grote lerarensalarissenverhoging, waar je dan als regeringspartij uit wilt stappen. Dat moet gevierd worden.
Asscher vertraagd
Diezelfde Partij van de Arbeid werd bij de verkiezingen verpletterd. Volkomen juist wilde de PvdA niet aan coalitiebesprekingen meedoen, maar dan wel even later de boel zodanig op scherp stellen dat daarmee de vorming van een nieuw kabinet wordt gefrustreerd en vertraagd, terwijl de heer Asscher uiteraard ook wel wist dat hij deze buit echt niet binnen zou halen. Toch probeerde hij op deze manier weer de nodige weggevallen zieltjes terug te halen. Een soort ‘Van As(scher) was gij en tot Asscher zult gij wederkeren’. Een volkomen voltooid politiek leven!
Verloren tijd.
Dan de formatiepartijen VVD, CDA, D66 en CU. Die accepteerden vanzelfsprekend het dictaat en de bedreiging van de heer Asscher niet. Niet alleen omdat het regeren over je eigen demissionaire graf inhield, maar ook omdat zij niet wilde dat de PvdA goede sier maakte met een binnengehaalde buit voor de basisonderwijzers. En daar draait het dus allemaal om. Helemaal geen interesse, begrip en medeleven met de werkers in het basisonderwijs maar wie gaat hier mee pronken. De PvdA? Dacht het even niet, vonden de coalitiepartijen, die zich ook niet nu wilden vastleggen op een bedrag voor het basisonderwijs. Volkomen verloren tijd in het formatieproces, met dank aan de PvdA.
En zo zijn we weer bij het begin: het gebrek aan vertrouwen in de politiek. De partij- en fractieleiders gunnen elkaar het licht in de ogen niet, reden waarom ze het volkomen eens moeten zijn over wat zij de komende vier jaren samen tot stand willen brengen. Maar dan ook wel in alle details, want stel dat we iets over het hoofd hebben gezien en één of meerdere andere partijen daar gebruik, o nee, misbruik van zouden kunnen maken. Dit volmaakte gebrek aan echte samenwerking maakt dat we al een half jaar zonder werkelijke regering zitten en de wereld om ons heen blijft veranderen in steeds grotere snelheid. Nederland blijft stil staan!
Het gaat in de politiek en bij deze coalitiepartijen niet om een vechtscheiding maar een vechthuwelijk. En daar zouden de kiezers vertrouwen in moeten hebben? Vertrouwen in de politiek wie heeft dat niet?