De gemeenschap wil gemeenschap
We willen het doen met elkaar, maar ook eigenlijk weer zonder elkaar. Het leven in Nederland lijkt op een leven zonder land. Veel mooie vrouwen om me heen die er eigenlijk niet zijn. Blauwdrukken van mislukte modeplaatjes en verkeerde panties. Mijn vrouw wil gemeenschap in gemeenschap. Ze wil er zijn voor mij maar vooral voor haar zelf. Ze legt haar hand in de mijne en knijpt zachtjes. Haar hand wil gemeenschap, mijn hand wil ook gemeenschap. Samen alleen zijn en samen dronken zijn van geluk. Ze vertelt me over haar frustraties, haar gemeenschap en onze gemeenschappelijke zorgen. Ik zeg dat ik de dag heb geplukt, geplukt voor haar. Ze lacht en laat me niet alleen in gemeenschap. Ze ligt in bed zonder twijfel geen twijfelaar. Maar ik, twijfel en laat mijn zuchten iets te duidelijk horen. Het verbreekt de stilte en stimuleert de angst, mijn angst. Ik ben niet alleen, slechts alleen gelaten, gedwongen tot een schouwspel van gedwongen scheiding.
Ze kijkt me aan en vult mijn ogen. Ik ga u niet belasten met mijn ogen, mijn zicht mijn ervaring. Zichtbare ervaringen gevangen in een mensenleven. Ik zeg haar dat ik niet gevangen ben, dat mijn leven niet alleen in het teken van haar heeft gestaan maar ook in het teken van respect en manuele bevrediging. Is dat hetzelfde als analoog? Digitale bevrediging klaarkomen of niet, je bent er wel klaar mee. Bitch and bytes de deken die van je afglijdt. De kracht ontbreekt om jezelf weer te bedekken.
Je klaagt niet, maar vertelt dat je het koud hebt. De koude heeft je gevangen en dwingt je tot erkenning van de kracht van de ander. Mijn hand nog steeds in die van jou. Ik voel dat je wegglipt. Je wilt geen gemeenschap meer. Alleen zijn, alleen sterven is niet erg. Deze woorden zijn geen woorden maar de waarheid. Niemand wil dat je gaat en ik kan niet loslaten wat ik zo heftig heb begeerd en vertrouwd.
Ik sluit mijn ogen en wil ze ook niet meer openen, omdat ik weet dat jouw ogen niet meer de mijne kunnen vangen.