.Het weer weer
Het weer is een vreemd, doch populair fenomeen. Elke dag is er wel één of meerdere weermannen op tv die het weer voorspellen en bepalen of het ‘mooi weer’ wordt. Zij bepalen dat, ja. Niet de aard van het weer, die is uiteraard meteorologisch bepaald, maar wel of het mooi is of niet. Het weer weer.
“Het wordt morgen mooi weer”, glunderen ze, terwijl ik denk: “Kut, weer die hitte”. Wat voor hen mooi is is voor mij dus kut.
Maar omdat ze het op tv zeggen en eigenlijk het gros van de bevolking dat ook wel vindt, is het mooi. Voor gek word je verklaard, stel je niet zo aan, als je aangeeft dit weer niet zo tof te vinden. Jij begraaft je in je huis met de gordijnen dicht, blijft angstvallig uit de zon, voelt je ellendig en zij zitten in korte broek buiten en hebben de teenslippers alweer uit de kast gediept. Met hun hoofd in de zon elke zonnestraal bijna opslurpend. Ik straal niet zo, ik doe heel erg mijn best niet teveel te balen en geen zweetaanvallen te veroorzaken bij mezelf. Dus doe ik niet al teveel, nee.
De terrasjes zitten ook plotseling overvol en men heeft de mond vol van hoe ‘mooi’ het weer wel niet is. Maar was beauty niet in the eye of the beholder? Wat mij betreft wel. Al jong had ik een hekel aan de zon; ik liep ook gerust ‘s zomers met een coltrui aan, het deerde me niet. Dit tot grote ergernis van mijn moeder, die me elke keer probeerde over te halen iets luchtigers aan te trekken. Ik laat de zonaanbidders met rust, ik ben niet van plan koud water over ze heen te gooien of met een bladblazer een behoorlijke bries te veroorzaken. Als ze mij maar niet dwingen dit weer mooi te vinden! Ik wacht wel af tot de herfst, dát is mijn seizoen. En dan beginnen anderen te zeiken. “Guur herfstweer”, zegt de weerman grimmig. “Heerlijk”, denk ik.
Ik wist niet dat kutweer zoveel waarden kon hebben. Wel mooi. Maar dat zal wel de gure hitte van vandaag zijn geweest.