Boerkja of Boerknee deel 2
Het Boerka-verbod is er door. Op 26 juni 2018 heeft de Eerste Kamer het wetsvoorstel geaccepteerd. Dat betekent dat wanneer u gezichtsbedekkende kleding draagt in een openbaar gebouw (o.a. scholen, ziekenhuizen, overheidsgebouwen) en openbaar vervoer (o.a. vliegtuig, treinen, bus, metro, pont) u een boete riskeert van € 405,-. Boerkja of Boerknee ?
Deze wet kan zo in het standaardwerk van de studie politicologie als schoolvoorbeeld van ‘symboolpolitiek’. Maar groot effect is wel dat moslims opnieuw in de hoek worden gezet van de Nederlandse samenleving.
HOE CONSEQUENT ZIJN WE?
Als we dit besluit gaan vergelijken met andere situaties, dan zijn er meerdere inconsequenties (zonder volledig te zijn):
- In artikel 1 van de Grondwet is het fundamentele recht op godsdienstvrijheid en het discriminatieverbod vastgelegd. Aanzetten tot haat of discriminatie is strafbaar (strafrecht).
- Hoe leg je kinderen op school uit dat we als kernwaarde ‘vrijheid van godsdienst’ hebben, dat ze niet mogen discrimineren, maar we wel een verbod hebben op gezichtbedekkende kleding als dat vanuit godsdienstmotieven is.
- Er is terecht de nodige deining over lagere beloning van vrouwen ten opzichte van mannen, maar moslims mogen worden gediscrimineerd. De heer Rutte, onze VVD-landsleider, zei in 2015 dat hij geleerd heeft hoe ingrijpend discriminatie van jongeren voor hen is, maar dat ze zich maar moeten invechten. Komt het dan niet in hem op om te zeggen, dat dit op basis van de grondwet niet kan en dat we er zijn voor alle Nederlanders, dus van-zelf-sprekend inclusief moslims?
- Van het CDA (Christen Democratisch Appèl) en de Christen Unie zou je verwachten dat zij een vergelijkbare godsdienst als de Islam vanuit Christelijke naastenliefde zouden moeten accepteren. Zowel de Christelijke als Islamreligie gaan uit van ‘liefde’ als levensmotto. Maar CDA en CU doen het tegenovergestelde: het bestrijden van de godsdienstvrijheid van anderen, niet van zichzelf. Maar ja, ze hebben wel jarenlange ervaring – met goedvinden van de grondwetbewakers – dat homo’s mogen worden gediscrimineerd (naastenliefde?) en die worden nog steeds niet voor vol aangezien. Meten met twee godsdienstvrijheidsmaten?
- Maar het misbruik in de Katholieke kerk bestrijden, dat dan weer niet. Dat kan toch moeilijk onder de godsdienstvrijheid worden gerekend. En gezien de voortdurende bescherming van misbruikpriesters zou je eerder spreken van de Katholieke kerk als criminele organisatie die verboden zou moeten worden.
- De SGP heeft jarenlang vrouwen mogen discrimineren op grond van de bijbel en godsdienstvrijheid. Pas in 1989 accepteerde de SGP dat vrouwen konden mogen stemmen, in 1993 legde de SGP vast dat vrouwen geen lid konden worden, de Hoge Raad moest er in 2010 aan te pas komen om uitspraak te doen dat de SGP gelijke rechten aan vrouwen moest toekennen.
- Veel politieke partijen verklaren hun steun aan het boerka-/niqaabverbod als het tegengaan van vrouwenonderdrukking. Als daar in Nederland sprake van zou zijn, dan klopt dat dus niet als je die ongelijke beloning en vrouwendiscriminatie bekijkt, waar ze niets tegen doen.
- Ook wordt de ‘veiligheid’ als argument voor het verbod aangevoerd. Wel zit er in de wet een uitzondering voor o.a. viering van Sinterklaas (dus ook zwarte of andersgekleurde pieten) en Carnaval. Kennelijk hoeven we dan niet meer veilig te zijn voor gezichtsbedekking.
Maar discriminatie van moslims wordt in de maatschappij door politieke partijen dus nog steeds als ‘normaal’ gezien, sterker nog er moet zelfs een discriminatiewet komen tegen de godsdienstvrijheid een boerka of niqaab te dragen.
Wat voor moois zou een omgekeerde benadering door onze landsbestuurders opleveren. Erkenning van ieder in zijn eigen waarde! In Nederland lijkt dat een utopie.
Boerkja of Boerknee.